Vorige keer leerden we in de bioklas in Edegem over sporenplanten; vandaag gingen we leren over vleermuizen. Er stonden ons twee juffen op te wachten. Tot verbazing was juf Diane ooit nog juf biologie geweest toen onze juf Chris nog in het 2de jaar secundair onderwijs zat! Oh, dat was ongelooflijk lang geleden.
We kregen heel veel interessante weetjes over de vleermuis te horen. Vleermuizen zijn zoogdieren. Ze hebben haren en ze slapen de ganse tijd ondersteboven! Vleermuizen vliegen nooit tegen iets aan. Dit komt door ‘echolocatie (weerkaatsing van geluidsgolven).
Als ze geen winterslaap houden, eten ze elke dag de helft van hun gewicht aan insecten. Nuttige diertjes zijn het dus, want zij verorberen heel wat muggen! Jammer worden vleermuizen bedreigd door het gebruik van pesticiden. Vleermuizen paren in de herfst maar de zaadcellen sparen ze op tot in de zomer en dan pas zijn ze zwanger (omdat er dan veel insecten rondvliegen). Een vleermuis heeft geen rustplaats, maar een ‘roest’plaats. Ze hebben vlieghuid tussen hun pootjes. Ze hebben ook heel scherpe tandjes (brrr, dat zagen we op de foto’s). Die gebruiken ze om de harde pantsers van insecten door te bijten. Dan eten ze de ‘malse’ delen van de insecten op en laten de harde restjes achter op de grond onder hun nachtverblijf. Vleermuizen houden een winterslaap in vochtige, tochtvrije plaatsen, dus in grotten, in niet-geïsoleerde zolders, in forten, enz. De kleinste vleermuis is de ‘hommelvleermuis’. Ze wordt zo genoemd omdat ze maar zo groot is als een hommel. In België komen 21 soorten vleermuizen voor.
Na de uitleg mochten we in groepjes quizvragen oplossen. In het lokaal lagen heel wat foto’s, informatieve teksten en boeken over vleermuizen. Na het verbeteren van de quizvragen was het tijd voor ons 10-uurtje. We konden dan buiten even spelen.
Na de pauze trokken we met de gids naar een klein kamertje in het fort. Daar overwinterden 2 vleermuizen. Jammer genoeg was er sinds de vorige dag één vleermuis spoorloos en konden we maar één exemplaar zien. Die had zich goed verstopt in een grote baksteen. We waren heel stil om deze overgebleven vleermuis niet uit zijn winterslaap te wekken.
Tenslotte speelden we nog een vleermuizenspel. Twee leerlingen werden geblinddoekt en enkele leerlingen waren muggen en motten, die de vleermuizen moesten proberen te vangen.
